Na 4 dagen Moskou nemen we de snelle trein terug naar
St Petersburg en om half elf ‘s ochtends staan we weer in
het Moskovskaya station.
Met behulp van wat doorzettingsvermogen overredingskracht
lukt het ons om de bagage af te geven in de splinternieuwe
terminal op het Vasili eiland.
Deze is pas na ons vertrek uit St Petersburg in gebruik genomen.
Er liggen een aantal hele mooie begraafplaatsen
langs het riviertje Smolenka, niet ver van de terminal.
In zijn boek ‘Sint-Petersburg onderhuids’ noemt
Hans Boland ze de kroon op de Russische weemoed.
Tijdens het 900 dagen durende beleg van Leningrad
in de tweede WO zijn hier veel mensen begraven.
Er liggen individuele- en massagraven.
In 70 jaar worden de bomen groot.
Het ziet er inderdaad heel mooi uit en je kunt
er heerlijk koel en rustig wandelen terwijl het
in de stad druk en heet is.
Naast de ‘oorlogsbegraafplaats’ ligt een Armeense
begraafplaats met dit intrigerend beeld.
Om half zes mogen we aan boord van de Prinses Maria
en na het inrichten van onze hut gaan we een pilsje
drinken op het bovendek.
Er zijn veel Russen aan boord die meteen al flink beginnen
te drinken. We besluiten het buffet aan ons voorbij te laten gaan
en eten wat simpels in een veredelde snack bar.
Hier komen opvallend veel Japanners heet water
halen voor hun gedroogde noedels.
Na een paar uur varen gaat de loods van boord.
Hier liggen schepen te wachten om de haven van
St Petersburg binnengeloodst te worden.
De zon gaat maar heel langzaam onder en we gaan om
elf uur te kooi.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten